Vertalingen krenken NL>EN
krenken (ww.) | to ache ; to aggrieve ; to bruise ; to contuse ; to hurt ; to hurt someone's feelings ; to injure ; to offend ; to wound |
krenken | abuse ; insult |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `krenken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beledigenNL: benadelenNL: grievenNL: kwetsenNL: pijn doenNL: pijnigenNL: zeer doenUitdrukkingen en gezegdes
NL: zijn verstand is gekrenkt
EN: his mind is unhinged