Vertaal
Naar andere talen: • inluiden > DEinluiden > ESinluiden > FR
Vertalingen inluiden NL>EN

inluiden

werkw.
Uitspraak:  [ˈɪnlœydə(n)]
Verbuigingen:  luidde in (verl.tijd ) heeft ingeluid (volt.deelw.)

het begin zijn van (iets) - inaugurate, mark, usher in
Het zomerseizoen werd ingeluid met vuurwerk. - The summer season was ushered in with fireworks.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
inluiden (ww.)to begin ; to herald ; to open ; to ring in ; to start
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `inluiden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aankondigen
NL: beginnen
NL: starten