Vertalingen zijn NL>EN
I zijn
werkw.
Uitspraak: | [zɛin] |
Verbuigingen: | was (verl.tijd ) is geweest (volt.deelw.) |
1) bestaan -
be, exist, grow Er is een boomsoort die meer dan honderd meter hoog kan worden. - There is one type of a tree that can grow to over 300 feet. |
er geweest zijn (=gaan sterven) - be a goner; be done for
|
2) je ergens bevinden -
be, be found Waar zijn jullie? - Where are you? Ik ben weer thuis. - I am back home. |
3) je in een bepaalde toestand bevinden -
be, end up ziek zijn - be sick blij zijn - be happy |
op iemand zijn (=verliefd zijn op iemand) - be in love
Zij is op mij, maar ik ben niet op haar. - She is in love with me, but I am not in love with her.
|
4) <(met een ander werkwoord) om aan te geven dat iets in het verleden is gebeurd>
-
be De bomen zijn omgehakt. - The trees have been cut down. Ze is gevallen. - She has fallen. |
II zijn
pronoun
<je gebruikt dit woord als iets van een man is of bij een man hoort>
-
his Zijn fiets is te hoog voor mij. - His bike is too high for me. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
zijn (ww.) | to being ; to suffice ; to reside ; to one's ; to its ; to his ; to hang out ; to exist ; to dwell ; to clam up ; to be |
het zijn | the path of life ; the life ; the existence |
zijn | abound ; there be ; their ; severance ; her ; are |
Bronnen: interglot; MWB; Wikipedia; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `zijn`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanwezig zijnNL: aardNL: bedragenNL: behoren aanNL: benNL: bentNL: bestaanNL: existentieNL: existerenNL: gebeurenUitdrukkingen en gezegdes
NL: ik ben er
EN: (weet 't), I have itNL: hij is er geweest
EN: (figuurlijk) it is all up (U.P.) with him, he is finishedNL: de bakker is geweest
EN: the baker has been (has called)NL: wat is er?
EN: what's up?, what's the matter?NL: de beste die er
zijn
EN: the best goingNL: 2 van de 4 is 2
EN: 2 from 4 leaves 2NL: 2 maal 2 is 4
EN: twice 2 is 4NL: men moet
zijn plicht doen
EN: one must do one's dutyNL: elk 't
zijne
EN: everyone his due