Vertalingen brand NL>EN
de brand
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [brɑnt] |
Verbuigingen: | -en (meerv.) |
keer dat vuur iets verbrandt -
fire in brand staan - be on fire Er is brand uitgebroken. - A fire broke out. bosbranden - forest fires |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de brand (m) | the blaze ; the fire ; the flames |
brand | burning ; conflagration ; fire ; onion smut ; smuts |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `brand`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: fikNL: hensNL: narigheidNL: vuurAlternatieve spelling of gebruik
| Let op; In het UK-Engels en het US-Engels worden verschillende woorden gebruikt. In UK-Engels gebruikt men `sack ` In US-Engels gebruikt men `fire (verb)` |
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: er is
brand
EN: there is a fireNL: brandstichten
EN: raise a fireNL: brand veroorzaken
EN: start a fireNL: in
brand staan
EN: be on fireNL: in
brand vliegen
EN: catch fireNL: in
brand steken
EN: set on fireNL: uit de
brand helpen
EN: help out of a scrape