Vertalingen bevoegdheid NL>EN
de bevoegdheid
zelfst.naamw. (v.)
| Uitspraak: | [bə'vuxthɛit] |
| Verbuigingen: | bevoegdheden (meerv.) |
officieel erkend recht iets te doen -
competence, qualification  een leraar met eerstegraads bevoegdheid
(=een leraar die in de hoogste klassen van het voortgezet onderwijs mag lesgeven) - higher level highschool teacher
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de bevoegdheid (v) | the ability ; the authority ; the authorization ; the capacity ; the competence ; the competency ; the eligibility ; the power ; the privilege ; the qualification ; the right |
| bevoegdheid | capability ; competence ; power of authorization |
Bronnen: Wakefield genealogy pages; interglot; MWB; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `bevoegdheid`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: autorisatieNL: bevoegd zijnNL: competentieNL: jurisdictieNL: machtNL: rechtAlternatieve spelling of gebruik
| Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels:
UK-spelling: authorisation
US-spelling: authorization |
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: de
bevoegdheid bezitten om ...
EN: have the power to ...NL: dat ligt buiten mijn
bevoegdheid
EN: that is outside my authority
