zelfst.naamw. (m.)
aapjes kijken in de dierentuin - look at the monkeys in the zoo |
een aap van een jongen (=deugniet) - weakling
|
(iemand) voor aap zetten (=(iemand) belachelijk maken) - make (someone) look like a fool
|
zich een aap schrikken (=heel erg schrikken) - be scared out of (one's) wits
|
in de aap gelogeerd zijn (=plotseling problemen hebben) - up the duff, screwed over; drewed
|
Al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding. (=wat echt lelijk is, wordt nooit mooi) - An ape’s an ape, a varlet’s a varlet, Though he be dressed in silk or scarlet
|
Daar komt de aap uit de mouw. (=nu wordt de waarheid duidelijk) - Now is the moment of truth.
Toen we lieten merken dat we hem niet vertrouwden, kwam de aap uit de mouw. - The moment of truth came when we let him know we didn't trust him.
|