Vertalingen zwabber NL>DE
de zwabber (m) | der Ausstrich ; der Fleck ; der Flecken ; der Klecks ; der Liederjan ; der Makel ; der Mop ; der Schwabber ; der Tüpfel |
de zwabber | der Mopp |
zwabber | Nasswisch-Mop ; Schwabber |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `zwabber`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: aan de
zwabber zijn
DE: herumbummeln, schwiemeln