Vertalingen voornaamwoord NL>DE
het voornaamwoord
zelfst.naamw.
Uitspraak: | ['vornamwort] |
Verbuigingen: | voornaamwoorden (meerv.) |
woord dat verwijst naar iets/iemand grammatica -
Pronomen (das ~), Fürwort (das ~) 'Ik', 'onze', 'die' en 'niets' zijn voornaamwoorden. - 'Ich', 'unser', 'die' und 'nichts' sind Pronomen. persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden - persönliche und besitzanzeigende Pronomen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het voornaamwoord | Fürwort ; das Fürwort ; das Pronomen |
Bronnen: Wiktionary; interglot
Voorbeeldzinnen met `voornaamwoord`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: pronomen