Vertalingen vlek NL>DE
vlek
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [vlɛk] |
Verbuigingen: | vlekken (meerv.) |
1) vuil stukje op een oppervlak -
Fleck (der ~), Flecken (der ~) Er zit een vlek op je T-shirt. - Auf deinem T-Shirt ist ein Fleck. vetvlek - Fettfleck |
2) anders gekleurd stukje huid -
Fleck (der ~), Flecken (der ~) witte koeien met zwarte vlekken - weiße Kühe mit schwarzen Flecken |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de vlek | der Fleck ; der Flecken ; der Klecks ; der Schandfleck |
vlek | Fleck ; Mal ; Marktflecken |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `vlek`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bespikkelenNL: bevlekkenNL: fleckerNL: gehuchtNL: maculaNL: moesjeNL: nopNL: plekNL: smetNL: spatUitdrukkingen en gezegdes
NL: een
vlek op de eer
DE: ein Fleck auf der EhreNL: een
vlek op zijn naam
DE: ein Makel an seinem Namen