Vertaal
Naar andere talen: • verwonden > ENverwonden > ESverwonden > FR
Vertalingen verwonden NL>DE

verwonden

werkw.
Uitspraak:  [vər'wɔndə(n)]
Verbuigingen:  verwondde (verl.tijd ) heeft verwond (volt.deelw.)

een wond of wonden veroorzaken bij - verletzen , verwunden
Het vuurwerk verwondde acht omstanders. - Das Feuerwerk verwundete acht Umstehende.
Hij verwondde zich aan zijn vinger. - Er verletzte sich an seinem Finger.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verwonden (ww.) düpieren (ww.) ; jemandem Schmerzen zufügen (ww.) ; kränken (ww.) ; verletzen (ww.) ; verwunden (ww.)
verwonden (werkw.) verletzen ; verwunden
Bronnen: interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `verwonden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bezeren
NL: blesseren
NL: krenken
NL: kwetsen
NL: pijn bezorgen
NL: pijn doen
NL: pijnigen
NL: schaden
NL: schaven
NL: zeer doen