verjagen

Vertalingen verjagen NL>DE

werkw.

Uitspraak:	[vərˈja x ə(n)]
Verbuigingen:	verjoeg (verl.tijd ) heeft verjaagd (volt.deelw.)

dwingen weg te gaan - verjagen

Met dat lawaai verjaag je alle vogels. - Bei diesem Lärm verjagst du alle Vögel.

Overige bronnen

verjagen (ww.)	abtreiben (ww.) ; ausstossen (ww.) ; ausweisen (ww.) ; fortjagen (ww.) ; forttreiben (ww.) ; verbannen (ww.) ; verjagen (ww.) ; vertreiben (ww.) ; verweisen (ww.) ; wegjagen (ww.) ; zerstreuen (ww.)
het verjagen	das Abschrecken

Bronnen: interglot; Wikipedia

Voorbeeldzinnen met `verjagen`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

NL: afschrikken
NL: bannen
NL: bezweren
NL: uitbannen
NL: uitstoten
NL: uitwijzen
NL: uitzetten
NL: verbannen
NL: verdrijven
NL: wegdrijven

Zojuist vertaald