Vertaal
Naar andere talen: • verbroederen > ENverbroederen > ESverbroederen > FR
Vertalingen verbroederen NL>DE
verbroederen (ww.) aussöhnen (ww.) ; fraternisieren (ww.) ; verbrüdern (ww.) ; versöhnen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `verbroederen`
Voorbeeldzinnen laden....


Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (z.) verbroederen DE: sich verbrüdern