Vertalingen vaststaan NL>DE
vaststaan
werkw.
Uitspraak: | [ˈvɑststan] |
Verbuigingen: | stond vast (verl.tijd ) heeft vastgestaan (volt.deelw.) |
1) zeker zijn -
feststehen een vaststaand feit - eine feststehende Tatsache |
2) niet veranderen -
feststehen mijn besluit staat vast - mein Entschluss steht fest |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vaststaan (ww.) | feststehen (ww.) |
vaststaan (werkw.) | festliegen ; feststehen |
vaststaan | festgelegt sein |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `vaststaan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: besloten zijnNL: zeker zijn