Vertalingen uitvloeken NL>DE
uitvloeken (ww.) | auszanken (ww.) ; schimpfen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `uitvloeken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: uitfoeterenNL: uitkafferenNL: uitscheldenUitdrukkingen en gezegdes
NL: Iemand
uitvloeken
DE: auf einen fluchen, furchtbar schimpfen, (tegen hem uitvaren) einen anfluchen