Vertalingen tegengaan NL>DE
tegengaan
werkw.
| Uitspraak: | [ˈtexə(n)xan] |
| Verbuigingen: | ging tegen (verl.tijd ) is tegengegaan (volt.deelw.) |
proberen iets te stoppen of te verhinderen -
bekämpfen | fraude met de pinpas tegengaan - Scheckkartenbetrug bekämpfen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| tegengaan (ww.) | auflehnen (ww.) ; aufmucken (ww.) ; aufmucksen (ww.) ; bekämpfen (ww.) ; entgegenarbeiten (ww.) ; entgegenwirken (ww.) ; sichwidersetzen (ww.) ; umstellen (ww.) ; Widerstand leisten (ww.) |
| tegengaan (werkw.) | entgegenwirken |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `tegengaan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afdammenNL: bestrijdenNL: indammenNL: tegenstrevenNL: tegenwerkenNL: weerstreven