Vertaal
Naar andere talen: • stromen > ENstromen > ESstromen > FR
Vertalingen stromen NL>DE

stromen

werkw.
Uitspraak:  [ˈstromə(n)]
Verbuigingen:  stroomde (verl.tijd ) is, heeft gestroomd (volt.deelw.)

1) (van vloeistoffen) in één richting voorwaarts gaan - fließen , strömen
Het water in de rivier stroomt bijna niet. - Das Flusswasser strömt kaum.
De beek stroomt door het dal. - Der Bach fließt durch das Tal.
uitdrukking stromend water

2) (van mensen) met heel veel mensen tegelijk in één richting gaan - strömen
Na het festival stroomde het publiek naar buiten. - Nach dem Festival strömte das Publikum nach außen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
stromen (ww.) fließen (ww.) ; strömen (ww.)
stromen (werkw.) fließen ; strömen
het stromender Schwalle ; der Ströme
Bronnen: interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `stromen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: druipen
NL: lopen
NL: samenstromen
NL: vloeien