Vertalingen spiegelen NL>DE
spiegelen
werkw.
Uitspraak: | [ˈspixələ(n)] |
Verbuigingen: | spiegelde (verl.tijd ) heeft gespiegeld (volt.deelw.) |
het effect van een spiegel hebben -
spiegeln , glänzen De lak van de auto spiegelt. - Der Lack des Autos glänzt. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Voorbeeldzinnen met `spiegelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: reflecterenUitdrukkingen en gezegdes
NL: z. in de ruiten, aan een ander
spiegelen
DE: sich in den Fensterscheiben, an einem andern spiegelnNL: wie z. aan een ander spiegelt, spiegelt z. zacht
DE: andrer Fehler sind gute Lehrer