Vertalingen sok NL>DE
sok
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [sɔk] |
Verbuigingen: | sokken (meerv.) |
kledingstuk voor je voet en het onderste deel van je onderbeen -
Socke (die ~) van de sokken rijden (=(iemand) ondersteboven rijden) - umfahren
Ik ben op mijn fiets van de sokken gereden door een passerende auto. - Ich wurde von einem vorbeifahrenden Auto mit meinem Fahrrad umgefahren.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de sok (m) | die Socke |
de sok | die Socken |
sok | halblange Schaftsocke ; halblange Socke ; Muffe ; Socke ; die Socke ; Soeckchen ; Strumpf |
Bronnen: Engoi Woordenschatoefeningen; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wiktionary; Omegawiki.org
Voorbeeldzinnen met `sok`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: kousUitdrukkingen en gezegdes
NL: de
sokken erin zetten
DE: sich auf die Socken machenNL: v.d.
sokken
DE: NL: v.d.
sokken gaan
DE: in Ohnmacht fallen