Vertalingen snack NL>DE
snack
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [snɛk] |
Verbuigingen: | snacks (meerv.) |
klein hartig gerechtje -
Snack (der ~), Imbiss (der ~) Bitterballen en kroketten zijn snacks. - Bitterballen und Kroketten sind Snacks. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
snack (znw.) | der Imbiß |
de snack (m) | der Biß ; der Bissen ; der Schnack ; die Zwischenmahlzeit |
de snack | der Snack |
snack | Imbiß |
Bronnen: Horecagids; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `snack`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: hapNL: hapjeNL: tussendoortje