Vertalingen samengaan NL>DE
samengaan
werkw.
Uitspraak: | [ˈsamə(n)xan] |
Verbuigingen: | ging samen (verl.tijd ) is samengegaan (volt.deelw.) |
1) bij elkaar passen -
sich vereinen , zueinanderpassen Eenvoud en comfort gaan in dit hotel goed samen. - Einfachkeit und Komfort vereinen sich in diesem Hotel in guter Weise. |
2) (van bedrijven) één geheel worden -
fusionieren Deze brouwerijen zijn al samengegaan in de jaren tachtig. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
samengaan (ww.) | Hand in Hand gehen (ww.) ; sich verbinden (ww.) ; sich verknüpfen (ww.) ; zusammengehen (ww.) |
samengaan | Koinzidenz |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `samengaan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: fuserenUitdrukkingen en gezegdes
NL: (lui zijn en vorderingen maken, dat) kan niet
samengaan
DE: läßt sich schlecht verbindenNL: (dat) gaat daar niet mee samen
DE: (is er onverenigbaar mee) verträgt sich nicht damit