Vertalingen ring NL>DE
de ring
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [rɪŋ] |
| Verbuigingen: | ringen (meerv.) |
1) sieraad dat je aan je vinger draagt -
Ring (der ~) 2) cirkelvormig voorwerp -
Ring (der ~) sleutelring - Schlüsselring
gordijnringen - Gardinenringe |
3) plaats waar vechtsporten worden beoefend sport -
Ring (der ~) | door de touwen in de ring klimmen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de ring (m) | der Stadionring ; das Schmuckstueck ; die Ringstraße ; der Ring ; der Kettenring ; aufgeben |
| ring | Stöpselhals ; Zwischenring ; Zwinge ; Wadenring ; Unterlegscheibe ; Tragbuegel ; Tangentialriss ; Buegel ; Stift ; Schnürleinenring ; Schlüssel ; Schleife ; Ringstruktur ; Ring ; Reif ; Kernschäle ; geschlossener Stromkreis ; Führungszapfen ; Fingerring ; Ferrule |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `ring`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: boksringNL: cirkelNL: kransNL: krulNL: ringetjeNL: soort sieraadNL: stadionringNL: trouwring
