Vertalingen pantser NL>DE
het pantser
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈpɑntsər] |
| Verbuigingen: | pantsers (meerv.) |
harde beschermlaag -
Panzerung (die ~), Panzer (der ~) pantservoertuig - Panzerfahrzeug
het pantser van een schildpad - der Panzer einer Schildkröte
Hij gebruikt zijn arrogantie als een pantser tegen kritiek. - Er gebraucht seine Arroganz als Panzer gegen Kritik. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het pantser | der Panzer ; die Panzerung ; die Rüstung |
| pantser | Bewehrung ; Panzer |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `pantser`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bekledingNL: bepantseringNL: harnasNL: huid
