Vertalingen opzitten NL>DE
opzitten (ww.) | aufsitzen (ww.) ; steigen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `opzitten`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: daar zal wat voor je
opzitten
DE: du kannst dich auf etwas gefaßt machen, du wirst etwas abkriegenNL: (als je het niet doet) zit er wat voor je op
DE: setzt's wasNL: er zit niets anders op
DE: es bleibt nichts anders übrig, es geht nun mal nicht andersNL: (de vakantie) zit er weer op
DE: sind wieder vorüberNL: (dat) zit er weer op
DE: ist wieder gemacht, haben wir wieder geschafft, wäre fertig