Vertalingen opfrissen NL>DE
I opfrissen
Uitspraak: | [ˈɔpfrɪsə(n)] |
Verbuigingen: | friste op (verl.tijd ) heeft opgefrist (volt.deelw.) |
deel van de uitdrukking: -
kennis opfrissen (=zorgen dat je paraat hebt wat je eerder hebt geweten) - Kenntnisse auffrischen
|
iemands geheugen opfrissen (=iemand aan iets herinneren) - jemandes Gedächtnis auffrischen
|
II zich opfrissen
reflexief werkw.
Uitspraak: | [ˈɔpfrɪsə(n)] |
Verbuigingen: | friste zich op (verl.tijd ) heeft zich opgefrist (volt.deelw.) |
iets doen waardoor je je, bijvoorbeeld na een vermoeiende reis, weer prettiger voelt -
frisch machen pas aan tafel gaan nadat je je even hebt opgefrist in de badkamer - sich erst an den Tisch setzen, wenn man sich eben im Badezimmer frischgemacht hat |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
opfrissen (ww.) | abkühlen (ww.) ; auffrischen (ww.) ; aufmöbeln (ww.) ; erfrischen (ww.) ; sich erholen (ww.) |
opfrissen | Anfrischen ; Auffrischen ; neuherrichten ; reparieren ; Wiederauffrischung |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `opfrissen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: luchtenNL: ophalenNL: verfrissenNL: verkoelenNL: verkwikkenNL: verlevendigenUitdrukkingen en gezegdes
NL: van dat bad ben ik heerlijk opgefrist
DE: das Bad hat mich herrlich erfrischt, erquicktNL: z. wat
opfrissen
DE: sich ein wenig erfrischen