Vertalingen ontaarden NL>DE
ontaarden (ww.) | abarten (ww.) ; ausarten (ww.) ; entarten (ww.) ; heruntermachen (ww.) ; verleiden (ww.) |
ontaarden (werkw.) | ausarten ; entarten |
het ontaarden | der Abartigen ; der Degenerierten |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `ontaarden`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: achteruitgaanNL: degenererenNL: gedegenereerdenNL: uitlopen opNL: verdervenNL: verworden