Vertalingen krapte NL>DE
de krapte (v) | die Armut ; die Bedürftigkeit ; das Defizit ; die Ermangelung ; die Kargheit ; die Knappheit ; der Mangel ; die Spärlichkeit ; die Ärmlichkeit |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `krapte`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: gebrekNL: schaarsheidNL: schaarsteNL: tekort