Vertaal
Naar andere talen: • klungelen > ENklungelen > ESklungelen > FR
Vertalingen klungelen NL>DE

klungelen

werkw.
Uitspraak:  [ˈklʏŋələ(n)]
Verbuigingen:  klungelde (verl.tijd ) heeft geklungeld (volt.deelw.)

niet doelmatig handelen - stümpern
Ik zit te klungelen met mijn nieuwe computer. - Ich stümpere an meinem neuen Computer herum.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
klungelen (ww.) pfuschen (ww.) ; stümpern (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `klungelen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: klunzen
NL: knoeien
NL: morrelen
NL: pielen
NL: prutsen
NL: rondslenteren
NL: stuntelen