Vertalingen kan NL>DE
kan
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [kɑn] |
Verbuigingen: | kannen (meerv.) |
voorwerp om vloeistof uit te schenken -
Krug (der ~), Kanne (die ~) bij het eten een kan water op tafel zetten - zum Essen eine Kanne Wasser auf den Tisch setzen koffiekan - Kaffeekanne |
Alles is in kannen en kruiken. (=alles is geregeld) - Es ist alles in trockenen Tüchern.
|
Wie het onderste uit de kan wil hebben, krijgt het lid op de neus. (=als je te veel wilt, gaat het mis) - Wer das Letzte aus der Kanne holen will, dem fällt der Deckel auf die Nase.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de kan (v) | der Krug |
de kan (m) | die Kanne ; die Karaffe ; das Kännchen |
kan | Kanister ; Kanne ; die Kanne ; der Khan |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `kan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: karafNL: schenkkanUitdrukkingen en gezegdes
NL: (de zaak is nog niet) in
kannen en kruiken
DE: abgemacht