Vertalingen jacht NL>DE
I het jacht
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [jɑxt] |
Verbuigingen: | jachten (meerv.) |
grote boot, die iemand voor zijn plezier of sport heeft -
Jacht (die ~) II jacht
zelfst.naamw.
keer dat je jaagt -
Jagd (die ~), Suche (die ~) op jacht gaan om konijnen te vangen - auf Kaninchenjagd gehen |
jacht maken op (=veel moeite doen om (iets of iemand) in handen te krijgen) - Jagd machen auf
jacht maken op aanbieders van illegale muziek - Jagd auf Anbieter illegaler Musikdownloads machen
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het jacht | die Jacht |
de jacht (v) | die Yacht |
de jacht (m) | die Verfolgung |
de jacht | die Jagd ; die Jagdexpedition ; die Jagdpartie |
jacht | Jacht ; die Jacht ; Jagd ; Jagdsaison ; Jagdzeit ; die Mörderjagd ; die Verbrecherjagd ; Yacht ; die Yacht |
Bronnen: Omegawiki.org; Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `jacht`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: achtervolgingNL: jaagpartijNL: jachtpartijNL: jagenNL: motorjachtNL: wildjachtUitdrukkingen en gezegdes
NL: jacht op klein wild
DE: niedere JagdNL: op
jacht (gaan)
DE: auf die JagdNL: jacht maken op
DE: Jagd machen auf (4) DE: (vaartuig) Jacht (die)