Vertalingen inoculeren NL>DE
inoculeren (ww.) | einimpfen (ww.) ; impfen (ww.) ; inokulieren (ww.) |
inoculeren | impfen ; inokulieren |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `inoculeren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: inentenNL: vaccineren