Vertaal
Naar andere talen: • injecteren > ENinjecteren > ESinjecteren > FR
Vertalingen injecteren NL>DE
injecteren (ww.) einimpfen (ww.) ; einspritzen (ww.) ; impfen (ww.) ; injizieren (ww.) ; spritzen (ww.)
injecteren (werkw.) einspritzen ; injizieren
injecteren einimpfen ; Injectio ; Injektion ; injizieren ; Tränken (von Hölzern)
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `injecteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: spuiten