Vertalingen indringen NL>DE
indringen (ww.) | durchbohren (ww.) ; durchdringen (ww.) ; eindringen (ww.) ; hereinbrechen (ww.) ; hineindringen (ww.) ; hineinstecken (ww.) ; infiltrieren (ww.) ; penetrieren (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `indringen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: binnendringenNL: infiltrerenNL: intervenirenNL: intrekkenNL: penetrerenUitdrukkingen en gezegdes
NL: de kamer
indringen
DE: in das Zimmer (hin)eindringenNL: (iemand) de sloot
indringen
DE: in den Graben hineindrängenNL: (iemand) in een ambt
indringen
DE: in ein Amt eindrängenNL: z.
indringen
DE: sich eindrängen