Vertaal
Naar andere talen: • hanteren > ENhanteren > EShanteren > FR
Vertalingen hanteren NL>DE

hanteren

werkw.
Uitspraak:  [hɑnˈterə(n)]
Verbuigingen:  hanteerde (verl.tijd ) heeft gehanteerd (volt.deelw.)

omgaan met - umgehen mit , handhaben
je stress leren hanteren - mit seinem Stress umzugehen lernen
een opzegtermijn soepel hanteren - einen Kündigungstermin flexibel handhaben

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
hanteren (ww.) anwenden (ww.) ; benutzen (ww.) ; einsetzen (ww.) ; gebrauchen (ww.) ; handhaben (ww.) ; hantieren (ww.) ; verwenden (ww.)
hanteren Umschlag
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `hanteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: behandelen
NL: bezigen
NL: gebruik maken van
NL: gebruiken