Vertalingen handrem NL>DE
handrem
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈhɑntrɛm] |
| Verbuigingen: | handremmen (meerv.) |
rem die je met je hand in werking zet -
Handbremse (die ~) | op een helling je auto op de handrem zetten - an einem Abhang das Auto mit der Handbremse sichern |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de handrem | die Feststellbremse ; die Handbremse ; die Parkbremse ; die Parkierbremse |
| handrem | Handbremse ; Handbremshebel ; Parkierbremse |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Autowoordenboek
Voorbeeldzinnen met `handrem`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: vertragingsmechanisme