Vertalingen geruisloos NL>DE
geruisloos
bijv.naamw.
1) zonder geluid te maken -
geräuschlos , still geruisloos de zaal verlaten - geräuschlos den Saal verlassen |
2) zonder dat iets opvalt -
unbemerkt Zijn jubileum ging geruisloos voorbij. - Sein Jubiläum ging unbemerkt vorüber. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
geruisloos | geräuschlos ; leise ; ruhig ; still ; tonlos |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `geruisloos`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: geluidloosNL: ongemerktNL: ongezienNL: onopgemerktNL: stilNL: stilletjesNL: zachtjes