Vertalingen dwalen NL>DE
dwalen
werkw.
Uitspraak: | [ˈdwalə(n)] |
Verbuigingen: | dwaalde (verl.tijd ) heeft gedwaald (volt.deelw.) |
rondlopen zonder doel -
ziehen , schweifen , streunen door de bossen dwalen - durch den Wald streunen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
dwalen (ww.) | fehlgehen (ww.) ; sich irren (ww.) ; wandern (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `dwalen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: dolenNL: zwerven