Vertaal
Naar andere talen: • doorspreken > ENdoorspreken > ESdoorspreken > FR
Vertalingen doorspreken NL>DE
doorspreken (ww.) ansprechen (ww.) ; beanstanden (ww.) ; beraten (ww.) ; bereden (ww.) ; besprechen (ww.) ; beurteilen (ww.) ; debattieren (ww.) ; diskutieren (ww.) ; durchdiskutieren (ww.) ; durchnehmen (ww.) ; durchsprechen (ww.) ; erörtern (ww.) ; konsultieren (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `doorspreken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bediscussiëren
NL: behandelen
NL: bepraten
NL: bespreken
NL: doorpraten
NL: overleg voeren
NL: praten over