Vertaal
Naar andere talen: • doorbrengen > ENdoorbrengen > ESdoorbrengen > FR
Vertalingen doorbrengen NL>DE

doorbrengen

werkw.
Uitspraak:  [ˈdorbrɛŋə(n)]
Verbuigingen:  bracht door (verl.tijd ) heeft doorgebracht (volt.deelw.)

ergens zijn of iets doen (in de genoemde tijd) - verbringen
je vakantie doorbrengen in het buitenland - den Urlaub im Ausland verbringen
je zaterdag doorbrengen met sporten - den Samstag mit Sport verbringen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
doorbrengen (ww.) ausgeben (ww.) ; spendieren (ww.)
doorbrengen verbringen
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `doorbrengen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: besteden
NL: slijten