Vertaal
Naar andere talen: • deur > ENdeur > ESdeur > FR
Vertalingen deur NL>DE

deur

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [dør]
Verbuigingen:  deuren (meerv.)

1) plaat die een opening kan afsluiten - Tür (die ~)
kamerdeur - Zimmertür
kastdeur - Schranktür
garagedeur - Garagentür
huisdeur - Haustür
uitdrukking de deuren sluiten
uitdrukking achter gesloten deuren
uitdrukking dat doet de deur dicht
uitdrukking met de deur in huis vallen
uitdrukking bij iemand de deur platlopen
uitdrukking niet door één deur kunnen

2) huis;
gebouw
- Haus (das ~)
De post moet vandaag de deur nog uit. - Die Post muss heute noch abgeschickt werden.
uitdrukking buiten de deur eten
uitdrukking de deur uit zijn
uitdrukking de deur niet uitkomen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de deur (v) die Türe ; Türen (p)
de deurder Durchgang ; die Tür
deur Schuetze ; Tor ; Tür
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `deur`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: hek
NL: poort
NL: uitgang

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: met de deur in huis vallen DE: mit der Tür ins Haus fallen
NL: met gesloten deuren (vergaderen) DE: bei verschlossenen Türen
NL: voor de deur staan DE: vor der Tür stehen, (figuurlijk ook) bevorstehen
NL: dat doet de deur toe DE: damit hört alles auf
NL: (iemand) de deur uitzetten DE: vor die Tür, an die Luft setzen