bruiloft

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈbrœylɔft]
Verbuigingen:	bruiloften (meerv.)

feest op een trouwdag - Hochzeit (die ~)

zilveren bruiloft (=feest als een bruidspaar 25 jaar getrouwd is) - Silberhochzeit

gouden bruiloft (=feest als een bruidspaar 50 jaar getrouwd is) - Goldhochzeit

© K Dictionaries Ltd.

de bruiloft

die Hochzeit ; die Hochzeitsfeier ; das Hochzeitsfest ; die kirchliche Trauung

Bron: interglot




NL: huwelijk
NL: huwelijksinzegening
NL: trouwerij
NL: trouwplechtigheid

NL: blikken bruiloft DE: zinnerne Hochzeit
NL: zilveren bruiloft DE: silberne Hochzeit
NL: gouden bruiloft DE: goldene Hochzeit
NL: diamanten bruiloft DE: (60 j.) diamantene, (75 j.) eiserne Hochzeit
NL: bruiloft houden DE: Hochzeit feiern, halten