Vertaal
Naar andere talen: • boemelen > ENboemelen > ESboemelen > FR
Vertalingen boemelen NL>DE
boemelen (ww.) bummeln (ww.)
boemelen sich herumtreiben
Bronnen: interglot; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `boemelen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: brassen
NL: nachtbraken
NL: pierewaaien
NL: slempen
NL: stappen
NL: uitspatten
NL: zwijnen