Vertaal
Naar andere talen: • bijtijds > ENbijtijds > ESbijtijds > FR
Vertalingen bijtijds NL>DE

bijtijds

bijwoord
Uitspraak:  [bɛiˈtɛits]

op tijd - rechtzeitig
bijtijds waarschuwen - rechtzeitig warnen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bijtijds frühzeitig ; gelegen ; pünktlich ; rechtzeitig
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `bijtijds`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: op tijd
NL: stipt
NL: tijdig
NL: Vroegtijdig