Vertaal
Naar andere talen: • bezegelen > ENbezegelen > ESbezegelen > FR
Vertalingen bezegelen NL>DE
bezegelen (ww.) beglaubigen (ww.) ; bekräftigen (ww.) ; besiegeln (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `bezegelen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bekrachtigen
NL: bevestigen
NL: goedkeuren
NL: homologeren
NL: van zegel voorzien