Vertalingen belichten NL>DE
belichten
werkw.
Uitspraak: | [bəˈlɪxtə(n)] |
Verbuigingen: | belichtte (verl.tijd ) heeft belicht (volt.deelw.) |
1) licht laten schijnen op -
belichten , beleuchten een schilderij belichten - beleuchten |
2) duidelijker maken -
beleuchten de gebeurtenissen van een andere kant belichten (=de gebeurtenissen vanuit een ander perspectief verklaren) - Die Erlebnisse von einer anderen Seite aus beleuchten.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
belichten (ww.) | aufklären (ww.) ; auseinandersetzen (ww.) ; auslegen (ww.) ; beleuchten (ww.) ; belichten (ww.) ; erklären (ww.) ; erleuchten (ww.) ; interpretieren (ww.) ; scheinen (ww.) ; strahlen (ww.) ; verdeutlichen (ww.) |
belichten (werkw.) | beleuchten ; belichten |
belichten | Ausleuchtung ; Beleuchtung ; Belichten |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `belichten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: accentuerenNL: licht laten vallen opNL: met licht beschijnenNL: ophelderenNL: opklarenNL: toelichtenNL: verduidelijkenNL: verhelderenNL: verklaren