Vertalingen afkeuren NL>DE
afkeuren
werkw.
Uitspraak: | [ˈɑfkørə(n)] |
Verbuigingen: | keurde af (verl.tijd ) heeft afgekeurd (volt.deelw.) |
1) (iets) niet goedvinden -
ablehnen , missbilligen een wetsontwerp afkeuren - einen Gesetzesentwurf ablehnen |
2) (iemand) ongeschikt verklaren (voor zijn werk) -
ausmustern Veel bouwvakkers worden op latere leeftijd afgekeurd. - Viele Bauarbeiter werden in höherem Alter ausgemustert. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
afkeuren (ww.) | ablehnen (ww.) ; abschlagen (ww.) ; aburteilen (ww.) ; abweisen (ww.) ; ausschlagen (ww.) ; beanstanden (ww.) ; für unzweckmäßig erklären (ww.) ; mißbilligen (ww.) ; rügen (ww.) ; tadeln (ww.) ; verurteilen (ww.) ; verwerfen (ww.) ; zurückweisen (ww.) |
afkeuren | missbilligen° |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `afkeuren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afbrekenNL: afstemmenNL: afwijzenNL: ongeschikt verklarenNL: veroordelenNL: verwerpen