aanwinst - Vertaling Nederlands-Duits

Vertalingen aanwinst NL>DE

de aanwinst

zelfst.naamw. (v.)

Uitspraak:	[ˈanwɪnst]
Verbuigingen:	aanwinsten (meerv.)

iets nieuws dat erbij komt - Neuzugang (der ~), Errungenschaft (die ~), Zuwachs (der ~)

Deze voetballer is de tweede aanwinst in dit seizoen. - Dieser Fußballspieler ist der zweite Neuzugang in dieser Saison.
een aanwinst zijn voor (=door je komst een positief effect hebben op) - eine Errungenschaft für jemanden/etwas sein Dit restaurant is een aanwinst voor ons dorp. - Dieses Restaurant ist eine Errungenschaft für unser Dorf.

Overige bronnen

de aanwinst (v)	der ankauf ; das Ansteigen ; die Ansteigung ; das Anwachsen ; der Erwerb ; der Gewinn ; die Zunahme ; der Zuwachs
de aanwinst	der Erwerb ; die Erwerbung
aanwinst	Neuerwerbung

Bronnen: interglot; Wiktionary; Antiquarian Dictionary

Voorbeeldzinnen met `aanwinst`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

NL: aangekochte
NL: aangroei
NL: aankoop
NL: aanschaf
NL: aanwas
NL: acquest
NL: acquisitie
NL: boodschap
NL: buit
NL: expansie

Uitdrukkingen en gezegdes

NL: (nieuwe) aanwinst DE: Neuerwerbung (die) DE: (vooral aan geestelijk bezit) Errungenschaft (die)