Vertalingen aankondigen NL>DE
aankondigen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈankɔndəxə(n)] |
| Verbuigingen: | kondigde aan (verl.tijd ) heeft aangekondigd (volt.deelw.) |
bekendmaken -
ankündigen , verkünden aankondigen dat je je winkel volgend jaar sluit - ankündigen, dass das Geschäft im nächsten Jahr schließen wird een spreker op een congres aankondigen - einen Sprecher auf einem Kongress ankündigen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| aankondigen (ww.) | bekanntgeben (ww.) ; inserieren (ww.) ; verkünden (ww.) |
| aankondigen (werkw.) | ankündigen ; verheißen |
| het aankondigen | das Ankündigen ; das Annoncieren ; das Ansagen ; das Bekannntmachen |
| aankondigen | ankündigen ; anzeigen |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `aankondigen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanduidenNL: aanstippenNL: aanzeggenNL: adverterenNL: annoncerenNL: bekendmakenNL: informerenNL: inluidenNL: kennisgevenNL: kennisgeving