Vertalingen SPRINT NL>DE
de sprint
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [sprɪnt] |
Verbuigingen: | -en, -s (meerv.) |
1) wedstrijd wie het snelst een korte afstand aflegt sport -
Kurzstreckenlauf (der ~), Sprint (der ~), Spurt (der ~) Ze won het Nederlands kampioenschap sprint. - Sie gewann die Niederländische Meisterschaft im Sprint. |
2) korte periode dat je heel hard loopt of fietst -
Sprint (der ~), Spurt (der ~) eindsprint - Endspurt De wielrenner won de etappe door een sprint in de laatste minuten. - Der Rennfahrer gewann die Etappe durch einen Endspurt in den letzten Minuten. Ik nam een sprint en haalde nog net de bus. - Ich legte einen Spurt ein und erreichte gerade noch den Bus. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de sprint (m) | der Kurzstreckenlauf ; der sprint ; der Spurt |
SPRINT (Afkorting) | SPRINT (Afkorting) |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `SPRINT`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ren over korte afstandNL: spurt