Vertalingen scheen NL>DE
scheen
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [sxen] |
Verbuigingen: | schenen (meerv.) |
bot aan de voorkant van je onderbeen -
Schienbein (das ~) scheenbeschermer - Schienbeinschoner |
iemand tegen de schenen schoppen (=iemand beledigen of kwetsen) - jemandem vors Schienbein treten
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de scheen (v) | das Schienbein ; Tibia |
de scheen (m) | die Schiene |
de scheen | die Schiene |
scheen | Gelenkstein ; Gelenkstück |
Bronnen: Wikipedia; Wiktionary; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `scheen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beenNL: scheenbeen