1. MWB
  2. Vertalen
  3. rein (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • rein > EN • rein > ES • rein > FR
Vertalingen rein NL>DE

rein

bijv.naamw.
Uitspraak:  [rɛin]

1) schoon - rein
Ik voel me heel rein van binnen.

2) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking je reinste nonsens

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
rein makellos ; züchtig ; unschuldig ; unberührt ; unbefleckt ; sittsam ; schneeweiß ; sauber ; sauber ; rein ; rein ; klar ; keusch ; jungfraulich ; frisch ; fleckenlos ; fehlerfrei ; einwandfrei ; blütenweiß ; anständig ; pur
Bronnen: interglot; Wiktionary; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `rein`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: hygienisch
NL: kuis
NL: maagdelijk
NL: net
NL: onbevlekt
NL: onschuldig
NL: onvermengd
NL: proper
NL: puur
NL: schoon

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: in het reine brengen DE: ins Reine bringen DE: met iemand, met zichzelf in het reine komen, mit einem, mit sich(selbst) ins Reine kommen